Nieuw bestuurslid Harry Boeschoten loopt als het maar enigszins kan
Harry Boeschoten trad onlangs toe tot het bestuur van Wandelnet. Tijdens ons gesprek wordt al meteen duidelijk waarom hij deze rol graag wil vervullen en waarom hij voor Wandelnet een waardevolle aanwinst is.
Lopen is de prettigste manier van zijn
“Dat is mijn motto”, vertelt Harry. “Ik ben opgegroeid in een bosrijke omgeving en we liepen altijd al veel, in het dagelijks leven, de vrije tijd en de vakanties. Het ritme van lopen doet zoveel goeds in je hoofd. En als je samen loopt gaat het praten ook makkelijker en vooral ook beter dan wanneer je zit.”
Vanuit zijn opleiding in Wageningen is hij altijd werkzaam geweest in en rond de natuur. “Eerst beleidsmatig; maar beleid moet dicht bij de werkelijkheid staan. Dus al snel maakte ik de overstap naar de uitvoering.” Momenteel werkt Harry op het gebied van groene verstedelijking bij Staatsbosbeheer. Dat betekent dat het groene buitengebied en de gebouwde omgeving met elkaar verbonden moeten zijn, en niet zoals zo vaak: strikt gescheiden.
Hoe ben je in het bestuur gekomen?
“Via LinkedIn wist ik van de vacature in het bestuur. Wandelnet zocht een jonge vrouw voor die positie; dat werd mede-bestuursgenoot Miran Wiersma, voornamelijk rondom de thema's vrijwilligers en belangenbehartiging. Maar mijn achtergrond, interesse en expertise waren voor het bestuur blijkbaar interessant genoeg om tenminste tijdelijk het bestuur met één lid uit te breiden.”
Wat is je rol in het bestuur van Wandelnet?
“Formeel ben ik vicevoorzitter. Maar ik verwacht niet dat ik Toon, de voorzitter, vaak zal moeten vervangen. Ik denk vooral mee vanuit mijn ervaring, professionaliteit en passie. Naast mijn werk zit ik ook in het bestuur van de Bomenstichting en in het bestuur van de lokale Stichting De Voetstap in Driebergen. Mijn portefeuille in het bestuur zit dicht tegen de politiek en de directie van Wandelnet aan; en ik denk ook graag mee met de nieuwe belangenbehartiger van Wandelnet, Ruben van den Bulck.”
Welke uitdagingen zie je voor Wandelnet?
“Vanuit de kracht van het routenetwerk zorgen dat er aansluiting gevonden wordt bij waar de mensen wonen en vanwaar ze vertrekken als ze willen gaan wandelen. Het STOMP-principe is daarbij leidend: als het kan Stappen (lopen, wandelen), anders Trappen (fietsen), dan Openbaar vervoer of andere (deel)Mobiliteit, en als dat allemaal niet lukt, dan is er nog het Privé-voertuig. Je zou willen dat mensen in die volgorde hun keuzes maken. Dat betekent dat de beginpunten van wandelingen niet buiten de woonomgeving moeten vallen.” “En, Wandelnet is erg succesvol met een enorm team van vrijwilligers. We moeten ons voortdurend bewust zijn dat zo’n grote groep bevlogen mensen een grote rijkdom is en bepaald niet vanzelfsprekend.”