Het Brabants Vennenpad – terug naar mijn roots
De keuze van de wandeling van vandaag valt op het Brabants Vennenpad. Hoewel al 40 jaar weg van de Brabantse zandgronden, voel ik altijd een sterke trek naar bos en heide. Zelden kies ik voor de zee. Misschien moet ik ook dat eens gaan proberen. Maar voor nu dus (weer) Noord-Brabant. Een route van slechts 14 km die ik wat langer maak door een rondje extra over de Strabrechtse heide. In Geldrop pikken we het Streekpad op en wandelen vervolgens naar Heeze.
Markering gemist
Komend vanaf het station pikken we al snel de geel-rode markering op van het Brabants Vennenpad. We vangen de geur op van kaneel en kruidnagel van de Peijnenburg fabriek. Altijd lekker. Het centrum van het dorp maakt zich klaar voor de dag: deuren worden geopend en reclameborden buiten gezet. Wanneer wandelzus en ik op pad zijn, dan hebben we het eerste halfuur altijd even nodig om bij te kletsen. In het verleden heeft dat al regelmatig geleid tot het missen van markeringen. Zo ook vandaag. Dit keer ontdekten we dit redelijk snel omdat we de gerestaureerde fabriek van het weverijmuseum bewonderden. Voor dit rijksmonument van de wollenstoffenfabriek van Van de Heuvel en Zn. prijkt een heel grappig beeld, een bronzen Fiat 500 op ware grootte met er bovenop een vrouw, haar jurk waaiend in de wind. Er is iets vreemds aan die waaiende jurk. De auto moet stilstaan om dit effect door de wind te kunnen realiseren. Stof tot nadenken, zullen we zeggen.
Voor ons in elk geval een goed moment om nog even op de kaart te kijken. De markering naar het pad langs de Kleine Dommel hadden we gemist. Eventjes een stukje terug.
Trek in drievoud
De weg over het viaduct van de snelweg A67 is aan beide kanten voorzien van rechtopstaande zwarte stroken om de paddentrek te beveiligen. De genummerde emmertjes blijken nog leeg. Eenmaal goed en wel het geluid van de snelweg achter ons latend, blijkt de uitbating in De Plaetse de trek in warme chocolademelk met slagroom te kunnen bevredigen. Hier bevindt zich de schaapskooi van de kudde Kempense heideschapen die de heide begraast. Eenmaal weer in de benen waarschuwt een bord ons voor overstekende kabouters: de kaboutertrek.
Kasteel
Op de heide in deze tijd van het jaar geen paarse gloed, maar zachtgele grassen die buigen voor de stevige wind. Ik heb me laten vertellen dat stikstof de oorzaak is van de zachtgele grassen. Waar precies de brand van 2010 heeft gewoed, weet ik niet, maar het ziet er langs dit pad nergens zwartgeblakerd uit. Het is wel 12 jaar geleden en de natuur herstelt zich vaak ook weer. Zo weids en afwisselend was het vennengebied in mijn geboortedorp niet. Ik kijk mijn ogen uit.
Wanneer we het bosgebied bereiken, zijn we beland in het jachtgebied van het kasteel, de Herbertusbossen. Met een ijskelder en een jachtslot mag je wel spreken van een heus kasteel. Het is een van de laatste bewoonde kastelen van Nederland, maar je kunt er worden rondgeleid. Trouwen kan ook, maar dat ga ik op mijn leeftijd maar niet meer doen. Omdat we het Brabants Vennenpad vanaf Geldrop zijn gestart, markeert de oprijlaan nu onze aftocht richting station Heeze.
Wat is Nederland mooi en vol verrassingen. Ook zin in deze wandeling, ga dan naar Wandelnet.